woensdag 24 juni 2020

Creatief examen


Het zit er bijna op: dit schooljaar. Een raar jaar voor alle scholieren. Door de online toetsen werd er wel andere creativiteit van ze gevraagd. Ik geniet van de verhalen over spiekbriefjes op de keukentafel buiten het zicht van de camera. Of van studenten die elkaar helpen door met z’n tweeën online examen te doen: eentje voor de camera en eentje erachter die de antwoorden opzoekt en omhoog houdt.

Waarschijnlijk was ik ook wel zo creatief geweest. Eerlijk gezegd heb ik ook zonder coronatijd een aantal examens creatief gehaald. Mijn gouden tip hierbij is: praten. Vooral heel veel praten. Je zet je mooiste puppy-ogen op en je komt een heel eind. Het hielp bij mijn rijexamen, dat ik ondanks een ingreep in één keer heb gehaald. Ik polste de examinator, kwam erachter dat hij fan was van Scouting en hup, daar ging ik. Bij het examen voor mijn master had ik één opdracht niet ingeleverd. Nachtenlang had ik doorgewerkt (Ja, ik was te laat begonnen) maar die kreeg ik niet meer af. Ik biechtte het eerlijk op, met puppy-ogen, en mocht toen vertellen wat ik voor die opdracht had gedaan. Dat was genoeg. Ik kreeg een hoge beoordeling. Zo kun je er op je 39e toch nog mee wegkomen.
Deze column is een opsteker voor iedereen die creatief een examen heeft gehaald. Het maakt je diploma nét een stukje interessanter. Voor iedereen die nog examen moet doen in de toekomst: je hoeft het niet met iedereen te delen zoals ik nu doe. Sommige leerkrachten zullen het doorhebben en dan kan het twee kanten op gaan. Eerlijk gezegd heb ik het in de loop der jaren al wel een paar keer ontdekt. Stiekem heb ik er lol om, maar ik heb het de betreffende leerlingen pas verteld toen ze van school gingen. Nu eerst lekker vakantie houden. Uitrusten, nieuwe energie en creatieve ideeën opdoen: geniet ervan!

Karin van Dijk

woensdag 17 juni 2020

Alternatieven.


We doen de laatste maanden niet anders. Alles in onze leefwereld is sinds half maart veranderd. Maar al heel snel zien we als creatieve mensen ook weer kansen. In de eerste week van de vergrendeling (vind ik een veel mooier woord dan de Engelse term die meestal gebruikt wordt) zijn collega’s al bezig met beeldbellen en instructievideo’s. We hebben er veel van geleerd en zien ook mogelijkheden voor de toekomst.


Ook de fietstocht naar de Alp d’Huez waar ik u graag deelgenoot van wilde maken is geëindigd in een alternatief. Eigenlijk zou ik nu ergens vanuit Italië de column opgestuurd hebben maar ik zit in mijn achtertuin wachtend op een regenbui die maar niet wil komen. Met het prachtige weer van de afgelopen tijd overigens een heerlijk alternatief. Ik heb de afgelopen maanden veel kunnen fietsen, het was heerlijk buiten en ik blijf geloven dat buiten zijn helpt tegen infectie met dat vermaledijde virus. Dat wordt alleen maar versterkt door de wetenschap dat matig intensief je hersenen gelukkig maakt. Ik had dat ook met het alternatief voor de fietstocht naar de d’Huez. Op de 4de juni zouden we daar aankomen maar op die dag hebben we als alternatief een rondje IJsselmeer gefietst. Met 17 fietsers startten we ‘s ochtends om 6 uur in drie groepjes om toch wat afstand te houden. Vanaf Zwolle was de omgeving voor mij nieuw en door daar van te genieten ging het fietsen lekker. Zelfs de Houtribdijk was door de prachtige bloemenaanplant goed te doen. Maar op afstand fietsen werd steeds lastiger en de toenemende wind en later regen maakte de afstand tussen de groepjes steeds kleiner. In Noord-Holland werd het toch één groep die uiteindelijk na 320 km moe maar voldaan aankwam in Hardenberg. De 1,5 meter regel was voor ons moeilijk volhoudbaar. We waren wel buiten. Binnen bij de afsluitende maaltijd zijn we weer naar de zoveel besproken afstand terug gegaan. Het blijft een zoektocht naar alternatieven.

Henk Leemhuis

dinsdag 9 juni 2020

Vreemde vogels


Vanmorgen stond ik voor mijn doen vroeg op. Ik zet koffie, smeer een boterham met pindakaas en appelstroop, en haal de krant uit de brievenbus. Het is mooi zacht weer, ik had geen jas aan hoeven doen. De krant staat weer vol over corona en Trump. Saai dus. En Trump hangt me al helemaal de strot uit, dus ik beperk me tot de altijd prikkelende Column van Eus. Nadat ik mijn oudste dochter bezocht heb, die net een wolk van een zoon met de naam Dante, gekregen heeft, rij ik door naar Zwolle, even bijkletsen met mijn broertje. Ik heb mijn auto volgeladen zodat ik even vooruit kan. Jaja elektrisch….het werd tijd vond ik, had nog wat goed te maken met het milieu na al die dikke achtcilinders.

Eenmaal in Zwolle valt me de drukte op. Maar ook de vogels. Die hebben er, net als ik, zin in. Even verder, hoor ik een jongen die gitaar speelt. En mooi ook, hij raakt me met zijn uitvoering van ‘De Rivier’ van Stephanie Struijk. Toepasselijk in corona tijd, over hoe alle voor- en tegenspoed in het leven je sterker maken. Aan de rand van het publiek, allemaal keurig op 1.5m afstand, blijf ik even staan, en geniet mee. Ik voel in mijn broekzak, vind nog een euromunt, en gooi die in de hoed. De Jongen kijkt me aan, stopt met spelen, en zegt, ‘Hey jij bent toch Rudi van The Fellowship?’ Die zag ik niet aankomen, en ik stamel, ja, ja. Hij zegt dat hij vaak in de winkel komt. We raken in gesprek, en ik vertel hem dat hij Stephanies liedje erg mooi vertolkt. Hij verteld dat het zijn werk is. Op straat spelen. Dat hij blij is dat hij weer mag, hij al reizend veel van Europa ziet, leuke mensen ontmoet, en zijn talent mag gebruiken. Ik zeg dat ik het maar knap vind, hij antwoord dat de wereld heel wat beter af was als iedereen dat deed, ‘Iets doen wat je graag doet’, verduidelijkt hij. Dat je er niet rijk van wordt, maar wel gelukkig. Zo steek die maar in je zak denk ik nog. Zeg hem dat hij dat vooral moet blijven doen, groet hem, en loop verder.


woensdag 3 juni 2020

Merels zijn…


Ooit waren merels schuwe bosvogels. Je hoorde ze, zag ze niet. Tegenwoordig staat de merel hoog in de tuintoptien, soms zelfs op één.

Merels zijn geweldig.
Ze pikken niet, zoals die schattige koolmeesjes, hun soortgenoten en andere vogeltjes letterlijk de schedel in. Ze roven niet, zoals gaaien, andermans jongen uit het nest.
Merels zijn geweldig,
Op de nok van uw dak zijn ze in juni uw wekker ruim voor en wekken u met zulk zoet gekwinkeleer dat ontwaken bijna acceptabel wordt.
Merels zijn geweldig.

Behalve die in mijn tuin. Ik heb een paar bonsais, van die miniboompjes (bonsai betekent gewoon: boom in pot). Het voorjaar is een spannende tijd voor de bonsaihouder. Bij een beetje bonsai heeft zich rond de stam een mooi, dicht mostapijt gevormd. Merels beschouwen dit groene fluweel als fijne aankleding voor hun nest. Kom je ´s morgens buiten, even de bonsais bewonderen, blijkt de helft van je mos weggepikt: merels! Vorige week was het weer zover.

Waar was mijn buks: ik had ineens een onstilbare trek in gevulde merel! Terwijl ik vol moordgedachten rondkeek, viel mijn oog op een uitstulping onderaan de stam van een bonsai die ik op ooghoogte heb staan. Ik sloop dichterbij en stond in oog met het mosmonster. Met zwarte kraaloogjes keek ze mij vanuit haar vers gevlochten nest aan, aarzelde even, ging er toen toch maar vandoor om op het dak adequaat moord en brand te gaan zitten schreeuwen. In het nest drie blauwgroene eieren op een bedje van mos. Mijn mos. Een omelet dan maar? Ik kon het niet over mijn hart krijgen. En dus worden er op dit moment onder mijn bonsai drie mosrovers uitgebroed.
Merels zijn @#$%*!!!

Adrian Verbree