woensdag 28 februari 2018

Koud

Eindelijk is het weer een keertje echt koud in Nederland. Terwijl ik deze column schrijf maken we ons op in Nederland voor een periode van matige en in de nachten misschien wel strenge vorst. Ik word daar wel een beetje onrustig van want misschien kunnen we op de dag van het verschijnen van deze column al schaatsen. Ik heb mijn noren al gecontroleerd en ben er klaar voor als de banen in de regio open gaan. En aanstaand weekend een tocht in de kop van Overijssel, wat zou dat geweldig zijn.
Zeer verbaasd ben ik over de vertrutting die ik dan ook hoor om mij heen nu het een beetje kouder wordt. Het journaal van afgelopen vrijdagavond maakte het wel erg bont. Er was zelfs een item waarin men aangaf dat we de verwarming een graadje hoger moeten zetten. Hoezo? Twintig graden binnen blijft toch gewoon twintig graden. En dat ouderen eten moeten hamsteren om voorbereid te zijn. Ook zouden we een keertje vaker om de deur moeten kijken bij oudere mensen. Ook de landgenoten die gaan skiën wordt aangeraden om extra maatregelen te nemen. Onderweg een dekentje mee, extra kleding en dat terwijl ze allemaal hun skikleding bij zich hebben. Ik snap hier helemaal niets van. Heerlijk vind ik het om een stuk te wandelen en natuurlijk doe ik een das om, de pet op en draag ik handschoenen maar wat is het toch heerlijk om met een druppel aan de neus te sporten en hopelijk ook te schaatsen. Genieten van het gezonde winterweer, lekker wandelen en kijken of er nu ook zomaar bijzondere vogels rondvliegen. Want ook dat is zo bijzonder aan deze tijd, zomaar een zwerm kramsvogels of een boom vol sijzen. Weerstand opbouwen doe je niet door allerlei middeltjes te nemen maar door heerlijk naar buiten te gaan en te genieten van het koude winterweer. De kop dampende chocolademelk smaakt na een koude wandeltocht veel lekkerder en misschien na vandaag zelfs na een middag of avond schaatsen.
Henk Leemhuis

woensdag 21 februari 2018

The voice


Afgelopen vrijdag was de finale van ‘The Voice of Holland’. Je weet wel, één van die vele talentenshows die ons land inmiddels rijk is. De show waar ik zelf ook aan mee deed, en waar ik nog steeds met veel plezier naar kijk. 

Het is al weer zes jaar geleden dat ik me opgaf voor TVOH, seizoen 3 was het. Niemand wist het, alleen Ad en de buurvrouw. En totdat ik werd uitgenodigd bleef dit ook zo. Langzaam werd de groep van ‘wetenden’ groter, omdat ik bij elke stap verder weer een ander clubje mensen mee nam, maar het werden er niet meer dan een stuk of tien. De verassing was dus groot toen Marco Borsato zijn stoel voor me draaide, en ik weet nog goed dat mijn telefoon door alle reacties van schrik uit ging.

En wat was het een avontuur! Ik stond in maar liefst drie liveshows, echt een mega ervaring. Het was een hele toestand ook, en nam een enorme hoeveelheid tijd in beslag. Vooral achter de schermen gebeurde er heel veel. We zaten halve dagen in de make-up en de styling, hadden uren opnames voor een paar luttele seconden op tv, en repeteerden twee volledige dagen voor een show.

Tijdens één van deze repetities moest ik het podium af, en achter de coulissen heel snel naar de achterkant van het podium. Dat is best een eindje, dus ik moest rennen mét mijn 17 cm hoge hakken. En ja hoor, daar ging ik, volledig onderuit... Ik mocht niet meer lopen, en werd gelijk door de brandweer op een brancard naar de EHBO getild. De schade was een enorm blauw en pijnlijk ei op mijn enkel. En zo gebeurde het, dat ik mijn eerste live show al strompelend in té grote platte schoenen, voor 3 miljoen mensen het podium op kwam.

Ik kijk er met heel veel plezier op terug, en heb er waardevolle contacten aan over gehouden. Ik ben in de veronderstelling dat je zoiets als dit maar één keer moet doen, maar als ik het overnieuw kon doen voor een eerste keer, ging ik zeker! Dan zou ik alleen zorgen dat Waylon zijn stoel zou draaien, uiteraard puur en alleen omdat ik hem zo’n goede artiest vind… ;-)




woensdag 14 februari 2018

Parkeermeters parkeren?

Mooi wanneer winkelpand dat leeg komt meteen weer wordt gevuld, zoals in Hardenberg onlangs vrijwel naadloos gebeurde toen Boekhandel Heijink het pand van boekhandel Schutte Heinink betrok. Was ook wel een tikje verwarrend, die namen. Enfin, dat boek is gesloten. Een ander boek blijft open: het boek van het parkeren in Hardenberg.
Ik verbaas me over de analyses die laten zien dat een deel van het publiek de winkels in Hardenberg mijdt, omdat je betaald moet parkeren. Het zal zo zijn. Maar wat bespaar je dan helemaal, vraag ik me af. Zou het probleem niet grotendeels verdwijnen wanneer het vooraf betalen, overal wordt vervangen door achteraf afrekenen? Als ik vooraf moet betalen, ga ik rekenen: op en neer naar die en die winkel is x minuten is 20 cent. Gooi ik er, doe gek, 30 cent in. Wil ik op de terugweg een lekkerbekje scoren, dreigt meteen een toeslag van 95 euro. Weet ik dan weer waarom we zeggen dat de vis duur wordt betaald? Nee dus. Aanpassen die palen. Geacht college van B&W, ik vraag niets voor dit advies, maar een lekkerbekje gaat er altijd in. Ik lust ook whisky.
Is mijn oplossing te duur of technisch te complex, dan weet ik nog wel een andere. Iedereen mag – in mindering te brengen op de gemeentelijke belastingen 2018 – dit jaar één keer een dagje parkeren in Centrum Amsterdam. Zeker, dat gaat kosten; de flessentrekkers daar vragen tot 80 euro voor een etmaal… Maar het is een eenmalige post. Na die ervaring zal elke bezoeker in Hardenberg tot in lengte van dagen lachend 1 euro wat zeg ik, 1,10 euro aan de paal aftikken. Winkeliers blij, publiek blij, B & W blij, (ik blij, lekkerbekje) en een massale toestroom van Amsterdammers in ons winkelcentrum. Hardenberg de kracht van gewoon doen. Toch?

Adrian Verbree

dinsdag 6 februari 2018

Even wachten

Ik sta op een rustige donderdagmorgen in de supermarkt in de rij voor de kassa. Voor mij een dame op leeftijd. Ik moet even wachten en tot mijn schrik sta ik me te ergeren: "Beetje tempo, Hendrika Groen", denk ik. Het Ik-Wil-Het-En-Ik-Wil-Het-NU-virus heeft mij ook te pakken. 
Aan de ene kant logisch in een 24-uurs economie, waarbij het motto zo langzamerhand wordt: 'vandaag besteld, gisteren in huis' en waar je vergeten wachtwoorden (what's in a name) per ommegaande kunt opvragen.
We wachten ongeveer een half uur per dag, leert onderzoek. Wachten is iets wat in tijd gemeten kan worden, maar is aan de andere kant subjectief. Wachten in een kale wachtkamer voelt langer dan wachten in een aantrekkelijke ruimte met de leesportefeuille onder handbereik en een gezellig muziekje. Tenzij het de wachtkamer van de tandarts is… Een half uur lijkt niet veel maar is op jaarbasis toch 182 uur. En stel je wordt 80, dan heb je 607 dagen gewacht in je leven.
Als kind en jongvolwassene heb ik heel wat afgewacht: op de middelbare school, mijn eerste kus, mijn eerste optreden, mijn diploma, de eerste keer vliegen, eerste keer seks, mijn rijbewijs, eerste vakantie zonder ouders, mijn eerste baan, mijn eerste huis. Allemaal mijlpalen die mij een completer mens zouden moeten maken. En een wijzer mens, beter in staat het leven te doorgronden. Maar helaas. Ik ben nu bijna vijftig en ik heb het gevoel verder van 'Verlichting' te staan dan ooit. Met andere woorden: ik snap nog steeds niks van het leven. Met dit verschil: ik accepteer het. Heerlijk! Daarom schrik ik van mijn ergernis in de rij van de kassa. Wachten is een keuze en ik heb blijkbaar oefening nodig.
Volgende week ga ik vissen…
Bert Nonkes