woensdag 25 januari 2017

Heb ik het genoegen?

Heeft u nog een vaste telefoon? Uit het raam gooien. Op mijn mobiele telefoon heb ik nooit last van telefonische colportage. Maar via mijn vaste lijn… Of ik mij nu voor de zoveelste keer laat registreren in het bel-me-niet-register of niet, het maakt niets uit. Er is altijd wel een of andere zwenkstengel die me toch weet te bereiken.
De telefoon gaat. Nr. geheim. Opnemen? Kan natuurlijk ook Obama zijn die nog even met mij wil afstemmen wat hij met de rest van zijn leven zal doen. Amerikanen onder elkaar en zo. Maar nee, het is weer zo'n Elsjefiederelsje van een callcentre of iets wat daar op lijkt.

"Heb ik het genoegen te spreken met de heer A.H. Verbree?" lispelt ze lieflijk.
"Nou meid, ik weet niet waar jij je genoegens uit haalt, maar… inderdaad".
"Wat fijn! Ik kan u een geweldig aanbod doen!"
"Ik jou ook, maar dan word ik gearresteerd en dat zo staat zo slordig voor een dominee".

Op tal van manieren probeer ik me de Elsjefiederelsjes van deze wereld van het lijf te houden. Hoe komen ze toch altijd weer aan mijn nummer? Begint de draad van de vaste verbinding meteen onder mijn huis te woekeren, kronkelen de afsplitsingen naar Nigeriaanse opkopers van persoonlijke data?

Bah! Oké, ik weet best dat Elsjefiederelsje in werkelijkheid een bijna verhongerende studente is die keihard werkt voor haar ticket naar het volgende dancefestival, maar waarom moet ík daar onder lijden? Soms droom ik van hoe het hier in de oertijd moet zijn geweest. De Vecht vol zalm, een wolharige neushoorn die komt vragen of ze willen bijten en geen enkele Elsfiederelsje. Ik wou dat ik kon tijdreizen. Of dat ik mezelf er toe kon brengen mijn vaste telefoon de deur uit te doen.


Adrian Verbree

woensdag 18 januari 2017

Rijk

Begin januari verscheen, een week te laat voor een witte kerst, de sneeuw in Hardenberg. Net als twintig jaar geleden…   

Ik had met Erna een boerderijtje in Brucht gehuurd. Een halfsteens, tochtig huis met tig kamers maar in onze ogen, een droompaleis. De verhuurster, een krasse zestiger, had ons binnen de kortste keren min of meer geadopteerd, onder het motto: “De jongeluu mut nog een boel leer’n”. Zo maande ze ons toen de winter naderde om toch vooral ’s nachts het water af te sluiten in verband met bevriezingsgevaar. Hetgeen wij vlot en trouwhartig beloofden maar evenzo snel weer vergaten. En zo zaten wij januari 1998 in onze boerderij te kleumen bij -12. Met ijs in de waterleiding. Dat de afwezigheid van zoiets vanzelfsprekends als water je zo buitenspel kan zetten, is verbluffend. Ons hele dagelijks leven werd erdoor ontwricht. Wilden wij ons ’s ochtends opfrissen om naar het werk te gaan, dan moesten wij daags daarvoor ergens water geregeld hebben. Samen poedelen in één kom. Twee kommen was waterverspilling. Wc-bezoek? Zoveel mogelijk op het werk; kleine boodschap thuis naspoelen uit jerrycan. De afhandeling van de grote boodschap laat ik aan jullie fantasie over waarbij ik de steekwoorden: krant, tuin en groene container wil meegeven. Aan de andere kant konden wij samen de humor er ook wel van inzien. We hadden onze matrassen in de woonkamer gesleept en sliepen voor de kachel. Met een fles antivries. Een winters back-to-basic. Vrolijk bietsten wij water, douchten op het werk en brachten fluitend de krant naar de tuin. Toch ging de situatie al gauw vervelen en gingen wij weer verlangen naar het gemak dat we gewend waren. Drie weken later spatte het water weer uit de kranen. 
Even voelden wij ons de rijkste mensen op aarde.


Bert Nonkes      

woensdag 11 januari 2017

Omdenken

We zijn al even op weg in januari. Voornemens zijn gemaakt en sommige waarschijnlijk ook alweer gesneuveld. Ik neem me gedurende het jaar steeds dingen voor en probeer me daar aan te houden. Zo was ik het afgelopen jaar bezig met een groepje mensen iets te regelen, op poten te zetten. Vrijwilligerswerk. Zoals heel veel mensen om me heen ook doen.
Sportverenigingen, scholen, kerken en buurten: ze kunnen niet zonder vrijwilligers. Het valt me wel op dat er onder die vrijwilligers veel geklaagd wordt. Er wordt bijvoorbeeld verzucht dat het altijd dezelfde mensen zijn die iets doen. Dat hield me bezig. Want hoe komt dat? Is iedereen die niet vrijwillig helpt dan egoïstisch? Volgens mij niet. Het heeft ook met je karakter te maken denk ik. Als vrijwilliger zit je vaak in een bestaande groep die elkaar al jaren kent. Als er dan een werkgroepje gevormd moet worden, zijn het vaak de impulsieve mensen die gelijk zeggen dat ze het wel doen. En ja: daar ben ik er ook eentje van… Soms heb ik er later spijt van, want ik heb al zoveel dingen te doen.

Wat u nog niet weet: ik ben een fan van omdenken. Kent u dat? Je gaat daarbij uit van een probleem, waarbij je probeert om er op een positieve manier een uitdaging van te maken. In mijn geval: ik zeg mijn hulp te snel toe. Dus dacht ik het om: door 'nee' te zeggen geef ik de ander de kans om 'ja' te zeggen. Dan staan er waarschijnlijk andere mensen op. Voordeel voor mij én voor de ander! Een echt voorNEEmen dus, met de nadruk op NEE.
Misschien een tip voor andere 'ja-zeggers'. Het biedt tegelijk kansen voor degenen die best iets willen doen, maar overruled worden door anderen. Pak die kans, gebruik je talent en doe waar je energie van krijgt, dan wordt het vast een geweldig 2017 voor iedereen.


Karin van Dijk


woensdag 4 januari 2017

Tijd vliegt

Naarmate ik ouder word neemt de tijdsnelheid ook toe. Dat is heel normaal, en dat herkent ook iedereen. Zo ligt zomaar het jaar 2016 weer achter ons. Weer een jaar waarin veel is gebeurd, maar 2017 ligt voor ons, volop zaken om naar uit te kijken. Hopelijk gaat er iets terechtkomen van de goede voornemens. Op het tijdsgewricht 2016-2017 wil ik nog een keertje omkijken naar het afgelopen jaar maar daarna de blik weer naar voren.
December was bijzonder, een maand waar heel veel gebeurde. Als zwerver trok ik door Hardenberg tijdens de midnightwalk. Nooit gedacht dat ik zo eenzaam kon zijn in mijn eigen stad. Compleet genegeerd en zelfs weggestuurd worden, hoezo medemenselijkheid, het was ver te zoeken. Ik zal proberen om in 2017 ook deze mensen te zien en groeten. Is dat volhoudbaar, een term die steeds vaker opduikt. Ja, ik denk dat het heel goed volhoudbaar is en groeten is wel het makkelijkste dat we kunnen doen.
Het blijkt dat we op allerlei gebied het heel goed te doen, alhoewel populisten ons willen doen geloven dat het niet goed gaat. We reizen de hele wereld over. We zijn overal bereikbaar. Ik heb tijdens de jaarwisseling veel mensen gesproken van wie de kinderen dit vierden op andere plekken op onze aarde.
Onze gezondheidszorg behoort tot de top van de wereld. Dit hebben we bereikt met hard werken, met een zorgstelsel dat tot voor kort goed voor ons zorgde. Maar het wordt te duur, we moeten leren voor onszelf te zorgen, niet de gezondheidszorg alleen maar ook wijzelf zijn verantwoordelijk voor onze vitaliteit. Het is voor ons allemaal belangrijk om zelf te gaan nadenken over ons welzijn. Door gezonder eten, meer bewegen, minder genotsmiddelen en minder stress kunnen we veel bereiken. Dat zal voor 2017 een mooi onderwerp zijn om columns over te schrijven.

Gelukkig, gezond nieuwjaar allemaal.