woensdag 23 januari 2019

Voetbalschoen

Jongste zoon is volledig hersteld van zijn kruisbandblessure. Anderhalf jaar geleden scheurde de band tijdens een onschuldige actie op de training volledig af en was hij een jaar uit de running. Nu speelt hij als jongste speler op proef in het eerste van Hardenberg ’85. Resultaat van keihard werken tijdens het revalideren. Hier spreekt een trotse vader.


Mijn kinderen streven mij aan alle kanten voorbij: dochter qua schoolprestaties, oudste zoon qua muzikaliteit en jongste zoon voor wat betreft voetbalcarrière. Ik geniet daarvan. Ik voetbalde vroeger bij SJS Stadskanaal. Shirts (te stug), broeken (te klein) en sokken moest je verplicht kopen bij Intersport. Dan kreeg je bonnen die je moest inleveren bij de club. Daar kreeg de club dan weer korting op de ballen van. Gedwongen winkelnering. Voetbalschoenen waren er in de merken, Adidas, Puma en Quick. Ik mocht alles kiezen als het maar Quick was. Tegenwoordig een kek merk, toen praktisch, plastic & goedkoop. De andere merken waren van leer en dus te duur.
Ik was 13 toen ik tegen Adidas voetbalschoenen aanliep. Over van de collectie van het jaar daarvoor. Zwart met een venijnige kleur geel maar met de begeerde drie strepen én schroefnoppen. Omdat ze afgeprijsd waren en twee maten te groot (“dan heb je er volgend jaar ook nog wat aan”), kreeg ik ze. “En voorzichtig met die dure schoenen!” De eerste de beste training, bij het zoeken naar een verdwaalde bal in de bosjes, schopte ik tegen een tak en een gat in mijn schoen. Tot op de dag van vandaag heb ik dat nooit aan mijn ouders verteld en stond ik tot het eind van mijn carrière altijd met één natte voet te voetballen, zelfkastijding voor mijn onvoorzichtigheid.
Had ik al verteld dat jongste zoon al twee keer heeft gescoord? En mooie goals!

Bert

woensdag 9 januari 2019

Inbraken


De afgelopen tijd is er in onze woonwijk erg veel ingebroken. De dader heeft als voorkeur de tijd tussen 16.00 en 22.00 uur. Vreemd op het eerste gezicht, ik zou denken dat dieven vooral ’s nachts op pad gaan maar dat blijkt allang niet meer zo te zijn. De wijkagent is ook erg actief en regelmatig rijdt er een politieauto of -motor door de wijk. Eigenlijk zou dit een geruststellende gedachte moeten zijn maar Rianne en ik voelen het eerder wat beklemmend.

Wonen in Baalderveld, in Hardenberg gaf ons altijd een veilig gevoel. De grote boze buitenwereld was ver weg en we lieten de achterdeur ook altijd open. Heerlijk toch, dat vrienden, kennissen en buren gewoon binnen kunnen lopen. Dat voelt vertrouwd en gastvrij. Alleen als er niemand thuis was dan ging de deur op slot. De sleutel lag altijd onder de mat, dat wisten de kinderen en dan konden ze gewoon naar binnen. Op de bovenverdieping stond altijd wel ergens een raampje open, lekker voor de frisse lucht. Maar door de inbrakengolf van de laatste maanden is dat veranderd. We zijn veel voorzichtiger geworden. Als we de deur uitgaan, eerst controleren of deze goed op slot is en de sleutel meenemen, die ligt niet meer ergens op een verstopplekje. Boven eerst even kijken of alle ramen wel gesloten zijn en de kinderen ook op het hart binden niet de deur uit te gaan voordat dit is gecontroleerd. Rianne wilde zelfs op een gegeven moment niet meer met het raam open slapen.
Jezelf opsluiten in je eigen huis omdat er mensen rondlopen die denken dat ze jouw spullen moeten stelen. Als we er niet zijn gaan zelfs de lampen aan, het liefst met verschillende tijdmelders zodat het lijkt alsof je thuis bent. Ik snap ook best dat we de ogen niet moeten sluiten voor dit fenomeen maar naast dat dieven spullen ontvreemden is de sociale impact groot. Ze pakken ons vrijheid af, maken argwanend. Als er een onbekende door de wijk loopt groette ik altijd vriendelijk. Nu denk ik: wat moet die hier? Ik wil die gedachte niet hebben. Ik wil het positieve in mensen blijven zien. En gelukkig hebben we een hond.

Henk Leemhuis

maandag 7 januari 2019

De tijden veranderen


Ik had me voorgenomen een mooi verhaal te schrijven over geluk voorspoed en meer van die dingen. Maar gaandeweg het schrijven werd het een beetje een saai verhaal dus besloot ik het iets persoonlijker te maken.

In november hebben we onze 13 jaar oude hond Tutu naar de dierenarts moeten brengen om te laten inslapen. Ik was nogal gehecht aan die oude hond dus had het moment van afscheid nemen zo lang mogelijk gerekt. Zo lang, dat we haar dragend in een deken mee moesten nemen. Daar aangekomen bleef mijn vrouw Ali buiten wachten en bracht een aardige dierenarts de hond en mij naar een apart soort van sfeervol laatste afscheid kamertje waar kaarsjes branden en een zacht muziekje opstond. Een begripvol gesprek volgde met aan het eind mijn opties. Zelf mee terugnemen naar huis en daar begraven? Of de dierenartspraktijk kon ook zorgen voor de crematie, wat ik maar wilde? Opgelucht dat ik het eindelijk achter me kon laten koos ik de laatste optie. Na een verdoving kreeg ze het laatste spuitje en het duurde niet lang voor ze ingeslapen was. Na een laatste aai over de bol van de hond en wat warme laatste woorden van de dierenarts mocht ik eindelijk weg. Buiten stond Ali op me te wachten. Toen ik haar zag gebeurde er iets wat ik niet verwacht had: ik brak. Daardoor brak Ali ook en samen hebben we nog wat tranen staan wegpinken. Een paar dagen later kreeg ik nog een begripvol telefoontje van het crematorium of ik een urn wilde en speciale wensen had? Omdat ik die niet had is ze uitgestrooid op een hondenkerkhof. Na het uitstrooien kreeg ik nog een begripvol 2e telefoontje.
Al mijmerend bedacht ik dat de tijd toch echt wel veranderd is. Ook in de dierenartsen wereld. Ik herinner me nog dat ik de op een na laatste hond die ook Tutu heette zo rond 2003 naar de dierenarts bracht om in te laten slapen.  Die zei – ik herinner me het nog precies ‘leg hem daar maar neer, ik werk er straks wel mee af’.
Ja tijden veranderen. Ook de factuur van de dierenarts trouwens.

Rudi Bults