Onlangs
nodigde onze oudste zoon uit Zeist mijn vrouw uit om met hem naar de Matthäus
Passion in Utrecht te gaan. Hij nodigde mij niet uit. Ik vind de Matthäus
Passion prachtig. Uit een doosje. Niemand nodigt mij meer uit voor een
uitvoering. Dat komt omdat ze weten dat, toen ik ooit mijn vrouw wel naar de
Matthäus Passion vergezelde, ik tijdens de uitvoering een boek ben gaan zitten
lezen. Sindsdien màg ik niet meer mee. Iedereen blij.
Omdat
mijn vrouw tegenwoordig zelf niet rijdt, moest ik haar naar Utrecht brengen.
Dat mocht dan weer wel. Maar wat doe je zolang; de Mattheüs is een behoorlijke
zit. Ik reed Zeist uit en ben ergens in nergens aan een wetering gaan zitten.
De zon scheen uitbundig, het was een van die in het voorjaar verdwaalde
zomerdagen. Er waren al Pinksterbloemen en Hondsdraf, het Fluitekruid zat er
aan te komen. Boven het land buitelden kieviten, knotwilgen pronkten met het
begin van hun nieuwe kapsel, een paar koeien lagen vredig in hun bord met eten.
Verder was de wereld vooral leeg.
De
wetering was zo'n meter of tien breed. Loom volgde ik de V's die voorns over de
waterlijn trokken en stilaan gleed ik weg naar de droomwereld tussen slapen en
waken. Ik schrok op door iets aan de overkant. Wat...? Was dat?! Ja... vanaf de
overkant van de wetering zwom een slang op me af. Een ringslang van een
centimeter of zeventig. Schitterend! Sierlijk meanderend en haarscherp
afstekend tegen het lichtbruine water, bewoog het dunne, zwarte lint recht op
me af. Voorzichtig trok ik mijn mobiel en filmde. Ik weet niet hoeveel later,
biepte mijn telefoon. Utrecht: de uitvoering was afgelopen. Ik stond op,
strekte mijn stijve spieren en applaudisseerde in mijn eentje voor de Schepper.
Het was een prachtig concert. Dank U.
Adrian Verbree
Geen opmerkingen:
Een reactie posten