Even als voetbalmoeders onder elkaar: fijn hé, dat het weer begonnen is. Na een lange coronastop mogen we weer bij wedstrijden kijken. Ik heb namelijk twee fanatieke voetballers thuis.
Als
kersverse voetbalmoeder ging er 16 jaar geleden een wereld voor me open. Op
zaterdagochtend half 8 staat de halve parkeerplaats al vol, ruik je de verse
koffie en moet je altijd wachten op dezelfde laatkomers. Inmiddels ben ik
doorgewinterd en weet alles van rijschema's, wasschema's en vlagschema's. Elk
jaar wisselen de teams en dus ook de ouders waarmee je veel tijd doorbrengt.
Bij uitwedstrijden moet je eerst wachten als de jongens een warming-up hebben
en na de wedstrijd weer totdat ze gedoucht zijn. Dat zijn zeker 5 kopjes
koffie. Het is me een keer gelukt om bij de ouders van de tegenstanders te
zitten en daar later pas achter te komen. Ik praatte vrolijk mee al vond ik het
vreemd dat ze zo mopperden: we hadden toch gewonnen?
Wat
ik ook leerde: hoe ouder de voetballers worden des te minder je moet roepen aan
de zijlijn. Het is al snel ‘schamend'. Dus houd ik het bij "Mooie kans!”
En mijn stokpaardje: "Het kan nog!”. Wij voetbalmoeders, wij begrijpen
elkaar. We verontschuldigen ons soms voor het gedrag van onze kinderen op het
veld. Waar de jongens in het heetst van de strijd fysiek worden geven wij
elkaar een begrijpend knikje. Behalve als het te gek gaat, dan houden we ons in
om niet het veld op te rennen.
Dan
zijn er nog de vrijwilligers: die zet ik graag even in het zonnetje. Dat zijn
de mensen in de kantine, de mensen die de velden onderhouden en natuurlijk de
trainers. Zij zijn wat mij betreft goud waard. Fijn die voetbalmomenten: yes,
het kan nog!
Karin van Dijk
Geen opmerkingen:
Een reactie posten