woensdag 5 april 2017

Hoe kostbaar

Het zijn zware dagen voor mijn vrouw. Na een ernstig auto-ongeluk lijdt zij onder de gevolgen van een zware hersenkneuzing. Haar wereld is er - tijdelijk zeggen de artsen, en mijn bede is: o Heer, laat het waar zijn - er een van angst, onbegrip, radeloosheid en pijn geworden.
Gaat ze niet vooruit? Jawel, zeker, zegt de buitenwacht, waartoe ook ik behoor. Maar hoe kan iemand meten dat ze vooruitgaat, wanneer ze niet weet waar ze zich bevindt? Er is geen onder en boven, geen voor en geen achter meer. Ik ben zelf, alweer lang geleden, langere tijd ziek geweest. Het waren lange jaren, maar is voor ons allemaal niet veel erger de pijn van een geliefde te zien en niet te kunnen helpen? Mijn columns in deze rubriek was ik van plan luchtig te houden, zoals u wellicht al had opgemerkt. Maar nu even niet.
Er kwam een gedicht bij me boven. Het is uitgehouwen op een cilinder van graniet op het terrein van psychiatrisch ziekenhuis Brinkgreve in Deventer. Het is van de hand van een vermaard collega die aan een hersentumor overleed. Okke Jager schreef:
Verraadt ons aller angst zich niet
in wie het leven weerloos liet?
De glasglans stemt de blazer mild.
De kaarsvlam vormt de hand tot schild.
De krokus wijst beton zijn grens.
Hoe kostbaar is een kwetsbaar mens.
Ik moet er aan denken als ik mijn vrouw, onherkenbaar ten opzichte van zichzelf, door de gangen van het verzorgingstehuis duw, of wanneer ik haar schreiend of mijn naam roepend alleen op haar kamer aantref. Humor, zo zei Bomans, is overwonnen droefheid. Zeker, maar vandaag even niet. Soms is mijn pen slechts mijn traanbuis.
Adrian Verbree

Geen opmerkingen:

Een reactie posten